Alle artikels

Moet je nu echt een krak in wiskunde zijn om lijnpiloot te worden?

Een vraag die heel vaak terugkomt is welk niveau van wiskunde en wetenschappen nu echt nodig is om in de opleiding tot lijnpiloot te kunnen slagen. Veel vliegscholen vereisen een minimum basisniveau maar wat met iemand die na de middelbare school eerst andere studies heeft aangevat? Of wat met iemand die weinig wiskunde- en wetenschapsvakken heeft gehad in de middelbare school, maakt die kans om toch nog te slagen als lijnpiloot?

D
E
L
E
N

Geen tijd om te lezen? Een korte samenvatting:

De kerntaak van piloten is geëvolueerd en vandaag moeten lijnpiloten geen ingenieurs meer zijn, ze moeten vooral goed overweg kunnen met de automatische systemen van vliegtuigen;

De computers aan boord worden echter gevoed met data die piloten ingeven. Als deze data foutief is kunnen de computers foute output genereren. Piloten moeten nog steeds in staat zijn “mee te denken” met die computers en een goed idee hebben van welke output realistisch is.

Om die rol te kunnen vervullen, moet je goed kunnen hoofdrekenen en schatten. Dit is iets wat je zelf gemakkelijk kan trainen.

Daarnaast wordt tijdens de opleiding ook aandacht besteed aan topics zoals driehoeksmeetkunde, basiswetten van de fysica, elektriciteit enz.

Om een volledige lijst van onderwerpen te zien die moeten gekend zijn om de opleiding bij Skywings aan te vatten, kan je een kijkje nemen op onze selectie-pagina op deze link.

Skywings organiseert ook regelmatig een “refresher training” van 2 dagen die ter voorbereiding van je selecties dient. De volgende training gaat door op 8 en 9 april 2021.

De jobinhoud van een lijnpiloot

Om een goed antwoord te geven op die vraag is het belangrijk om te kijken naar wat de job van een lijnpiloot vandaag inhoudt en hoe die job verschilt met pakweg 40 jaar geleden. Vroeger verwachtte men van lijnpiloten een grondige kennis van de technische kant van het vliegen. Studenten moesten bijvoorbeeld in staat zijn om druk- en temperatuurberekeningen te maken van motoren. De industrie is de laatste decennia echter veranderd, mede door de vergevorderde automatisering van veel systemen. De vereiste kennis van een lijnpiloot gaat dan ook minder diep dan vroeger, maar wel een pak breder. Automatisering heeft veel routinetaken uit handen van de piloten genomen maar het heeft ook de deur opengezet naar een veel complexere en optimalere manier van vliegen. Want dat bespaart tijd en brandstof, en dus geld. Piloten moeten vandaag in staat zijn om op een hele omzichtige manier met die automatisering om te springen terwijl ze wel nog steeds in staat moeten zijn om de kerntaken uit te voeren als de computers het laten afweten.

De vereiste kennis van een lijnpiloot is minder diep dan vroeger, maar wel een pak breder.

“Garbage in, garbage out”

Er is een basisprincipe als men spreekt over computers en dat is dat deze enkel maar waardevolle output kunnen genereren als de menselijke input correct is. Een verkeerde komma of een nul te veel bij een getal heeft al meer dan eens tot ongevallen geleid. Daarom is het ook vandaag nog belangrijk om niet blind te vertrouwen op de automatische systemen maar tegelijk “mee te denken” en een schatting te kunnen maken van hetgeen de computer zal uitrekenen. Daarvoor moet je efficiënt kunnen hoofdrekenen. Efficiënt hoofdrekenen wil zeggen: een goede benadering kunnen maken zonder alles tot op de laatste komma te willen uitrekenen. Deze “skill” komt zeker van pas bij bijvoorbeeld de “descent planning”. Dat is het uitrekenen van de ideale daalhoek, iets wat vaak een moeilijkheid is voor wie de eerste maanden achter de stuurknuppel van een jet zit. Wie goed kan schatten, kan heel snel bepalen of het vliegtuig te hoog of te laag zit en zo veel verfijnder vliegen.

Andere basiscompetenties

Enkele andere basiscompetenties die vooral belangrijk zijn tijdens de opleiding tot lijnpiloot liggen in de basiswetten van de fysica (Newton enz.), elektriciteit en driehoeksmeetkunde. Daarnaast moet een student-piloot zich comfortabel voelen bij het interpoleren tussen twee waarden in een tabel en snel overweg kunnen met eerstegraadsvergelijkingen. Samengevat: de basiskennis van wiskunde en fysica van de eerste vier jaren van het ASO secundair onderwijs (Belgisch systeem). Kandidaten die wetenschappen-wiskunde of vergelijkbare richtingen gestudeerd hebben, bezitten in principe een prima basis. Ook mensen die een technische opleiding gedaan hebben met voldoende uren wiskunde hebben de juiste achtergrondkennis. Mensen die uit een minder wetenschappelijke richting komen maar zich extra voorbereiden op de lijst van topics (te vinden via deze link), maken even goed een goede kans op slagen.

Hoe kan ik me optimaal voorbereiden?

Dat hangt dus af van je basisniveau. Een goede opfrissing van het hoofdrekenen is voor iedereen nodig, want dat wordt nog weinig tot niet meer aangeleerd aan de middelbare scholen of in het hoger onderwijs. Daarnaast bestaan er tal van apps voor smartphones en tablets of kan je ook een opfrissingscursus volgen. Skywings organiseert in Antwerpen regelmatig een “refresher course” in kleine groepjes, die focust op de vereiste basiskennis voor wiskunde en fysica, met heel veel praktische oefeningen. Inschrijven kan via deze link (volgende cursus op 8 en 9 april 2021).

Pieter Brantegem

Boeing 747 piloot en Vlieginstructeur

Klaar om je droom waar te maken?